Allereerste BKR werk uit de Rijkscollectie

Kunst in ruil voor een uitkering.

Kunst in ruil voor een uitkering. Het leek de overheid een goed idee om kunstenaars te steunen en ze riep de Contraprestatie (1949-1956) en haar opvolger de Beeldende Kunstenaars Regeling (1956-1987) in het leven. Het leverde in die bijna veertig jaar ruim een half miljoen kunstwerken op, verdeeld over gemeenten en het rijk (220.000). Een onbeheersbare collectie, vond de minister van cultuur destijds. De regeling werd stopgezet, en de Rijksdienst splitste zijn deel in goed (ongeveer 17.000) en minder goed (circa 203.000). Van de laatste categorie werden 110.000 kunstwerken die al in rijksinstellingen hingen of stonden aan die instellingen overgedragen. Voor de ‘overige’ 93.000 werd een nieuwe bestemming gezocht. 40.000 objecten werden teruggegeven aan de makers, 5000 kwamen terecht in kunstuitlenen, en de resterende 48.000 gingen naar de Stichting Beeldende Kunst in om verkocht te worden – geleidelijk aan, want marktbederf moest worden voorkomen.

Arend van de Pol (1886-1956), Retiro Madrid (voor 1949), inkt op papier, 21 x 16 cm, inv.nr. SZ1
Arend van de Pol (1886-1956), Retiro Madrid (voor 1949), op papier, 21 x 16 cm, inv.nr. SZ1

Inmiddels willen ook de gemeenten van hun BKR-werken af. Ze zijn er niet in geslaagd hun deel kunstwerken onder te brengen en de kelders van de gemeentehuizen zijn overvol. Juristen buigen zich over de vraag of kunst wel of niet mag worden vernietigd en de Stichting Onterfd Goed heeft haar handen vol aan de overname van gemeentelijke kunstcollecties. Verkopen, teruggeven aan de kunstenaar, vernietigen. Ophangen en neerzetten schijnt geen optie.

De Rijksdienst heeft nog 17.369 BKR-werken in de collectie. Met ingang van juni 2015 gaat de Dienst onderzoek doen naar deze werken en hun makers. Het eerste werk dat vanwege deze regeling aan het Rijk werd toebedeeld is een van Arend van de Pol: een meisje met een hoedje. Op de achterzijde staat ‘Retiro Madrid’, de verkorte naam voor het lommerrijke Parque del Buen Retiro in de Spaanse hoofdstad. In dit ‘Park van aangename afzondering’ moet Van de Pol het meisje met haar hoed vol bloemen hebben gezien. De kleine tekening is in slechte conditie, alleen de bovenste rand is nog goed zichtbaar. Ze stond op de lijst om te worden afgestoten, maar omdat ze het allereerste BKR-werk was, blijft ze toch in de collectie. Het is maar goed dat de rijkscollectie de eersteling een aangename afzondering biedt.

Fransje Kuyvenhoven mei 2015

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *