Conservator in het medialandschap

Ik zag afgelopen week op de BBC een aflevering van History Cold Case aangekondigd. In deze serie van vier worden skeletten , schedels of anatomische preparaten door een CSI achtig team van forensische wetenschappers uit de anonimiteit gehaald. Als conservator medische geschiedenis trok deze serie natuurlijk meteen mijn aandacht. Donderdag zag ik de aflevering over een 19e eeuws preparaat van een jongetje. Aan de hand van een bijzonder fraai gemummificeerd kinderlijkje werd de negentiende eeuwse anatomische praktijk geschetst. Dat die praktijk niet altijd even fris is geweest is voor medisch historici niets nieuws. Dat er een groot publiek is dat dit niet weet en op deze manier met een interessante medische periode wordt geconfronteerd is prima.

Het bewijs bij elkaar in History Cold Case

Het in context zetten van een onderwerp kan de BBC als geen ander. Ik denk maar aan de serie Coast of het soort idols voor ambachten wat geweldige slow TV opleverde. Halverwege deze aflevering zat ik echter met een verhoogde pols door de oplopende frustratie door het gebrek aan nuance wat door de makers van deze aflevering aan de dag werd gelegd!
Tegen de achtergrond van vooraanstaande anatomische collecties van o.a. het Huntarian in Londen en de collectie van het Royal College of Surgeons in Edingburg werd het gemummificeerde lichaampje van laagje na laagje context voorzien. Het team van experts stelde de hypothese op dat het om een lichaam uit her armenhuis ging. Niet verwonderlijk gezien de sociale geschiedenis van in die periode. Vervolgens werden geheel in stijl met hitseries als CSI, profiler, Bones etc. De meest vooraanstaande techniek uit de kast gehaald om meer informatie uit het specimen te verkrijgen.
En daar ging het goed mis! Data verkregen uit samples resulteerde in oa de receptuur van de was waarmee de vaten waren ingespoten. Deze data werden gestaafd met historische literatuur van oa de beroemde Londense anatoom Hunter. Deze anatoom deelde zijn receptuur met zijn collega’s door een handzaam boekwerkje uit te geven. Hierdoor werden studenten in staat gesteld om betere preparaten te maken. In het werd zonder enige terughoudendheid direct een link gelegd tussen de was in het lichaampje en de was die deze beroemde anatoom gebruikte. Van Edingburgh ‘verhuisde’ het jongetje dus ineens naar Londen…
Dat er in Londen in de vroege 19e eew een handel in lichamen bestond werd interessant in beeld gebracht door naar de plaats te gaan waar nog steeds pubs te vinden zijn die ooit door “resurectionists’ werden bezocht. Prachtig! De volgende keer als ik weer in de buurt ben dan ga ik daar zeker eens rondwandelen. Maar of dit nou bewijs was voor een historische moord….?
Aan het einde van het was bij mij de maat vol. Onder leiding van de vooraanstaande freelance patholoog anatoom Sue Black (zij speelde een belangrijke rol in de veroordeling in het Joegoslavië tribunaal) werd serieus geopperd om op basis van de gevonden feiten het jongetje, omdat het om een slachtoffer van moord ging, te herbegraven. De schande zou dan na twee eeuwen eindelijk uitgewist zijn…
Gelukkig zijn er in de Nederlandse museum genoeg conservatoren die het publiek een genuanceerder beeld kunnen schetsen. Een beeld dat inderdaad bestaat uit gruwelijke misstanden. Maar het zijn juist de artefacten van die misstanden die er, met behulp van de conservator, voor zorgen dat dit soort episodes niet in de vergetelheid terecht komen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *